Verzetsheld Leen Papo nu in brons vereeuwigd (2003)

Als je Dreumelse kerktoren beklimt, word je beloond met een prachtig uitzicht over de Waal. Aan de overkant van de rivier omarmt  een machtig dijklichaam het Betuwse dorpje Zennewijnen.
Ziehier het decor van een stukje oorlogsgeschiedenis van bijna zeventig jaar geleden. Op de grens van bezet en bevrijd gebied zorgde verzetsman Leen Papo ervoor dat Joodse vluchtelingen en gestrande geallieerde piloten veilig naar de overkant werden geroeid.

Papo werd na de oorlog geëerd met een provisorisch monument. Dat was van gips en niet bestand tegen het onvermijdelijke verval. Daarom werd het beeld van de befaamde roeier opnieuw gemaakt, maar nu in brons. Passanten zien Papo nu zoals diens tijdgenoten hem zagen: voorzichtig kwam hij tevoorschijn uit het
groen, met de roeispanen in de handen, rondturend om te zien of de kust veilig was.
“Precies zoals hij was. Papo ten voeten uit”, zo klinkt het voor de camera van onze cineast Jos Kruisbergen. Die doet een stap terug in de tijd met zijn reportage over de onthulling van het monument op 5 mei 2003: precies tien jaar geleden. Het is een spannend verhaal geworden, compleet met historische oorlogsbeelden die beschikbaar werden gesteld door de Rijksvoorlichtingsdienst.
Op levendige wijze worden de taferelen van toen geschetst door Willem den Ouden, kunstenaar en schepper van het bronzen beeld van ‘Waalcrosser’ Papo. En ook door historicus Jan van Alphen en door Dick en Marietje de Bie. We zien verder nog Papo’s later in Engeland onderscheiden (en inmiddels overleden) ‘collega’ Frans de Vilder. Die stak de Waal tussen Tiel en Wamel negen maal over met zijn ijzeren roeiboot.
Het beeld van de frontlinie herleeft. Hoewel er geen sprake was van grote gevechtshandelingen, was de situatie er erg bedreigend, onveilig en onstabiel. Om de 200 meter lagen mitrailleurnesten langs de rivier, bemand door Duitsers.
Leen Papo had in de dijk bij zijn huis een hol uitgegraven waar de vluchtelingen zich verzamelden, in afwachting van een donkere maanloze nacht. In plaats van schoenen droegen ze jute lappen om hun voeten om te voorkomen dat de bezetters door het geluid van voetstappen zouden worden gealarmeerd. Ook de roeispanen van Papo’s bij De Doorlaat verstopte bootje waren om die reden omwikkeld met jute.

Als de Zennewijnense verzetsstrijder weer eens een vrachtje overzette, roeide hij het eerste stuk met z’n immense handen, om verderop, buiten het gehoor van de Duitsers, de riemen in actie te laten komen. Die handen, de ongelooflijk brede schouders: niet voor niets werd Papo in Dreumel ‘Tarzan’ genoemd… “Hij was nergens bang voor”, vertelt kunstenaar Willem den Ouden.
Het was druk tijdens de onthulling van het Waalcrossersmonument in het voorjaar van 2003. Schoolkinderen gaven een massa ballonnen de vrijheid; de toenmalige burgemeesters van Tiel en Neerijnen zegden hun woordje en Papo’s dochter Hanneke was diep ontroerd: “Ik denk dat mijn vader op een wolkje heel erg trots zit te wezen…”
Intussen is het mooie monument een ontmoetingsplek geworden voor de jeugd. Zeg maar: een hangplek. Kunstenaar Den Ouden is daar blij mee. “Op deze plek wordt nu bijna dagelijks gepraat, óók over dit monument. Zo blijft de herinnering leven.“