Er hangen donkere wolken boven de kermissen op het platteland. Minder belangstelling, hogere kosten: steeds meer exploitanten gooien er wat de dorpen betreft het bijltje erbij neer. De Wamelse kermis echter is voor veel mensen nog steeds een groot feest. Dat blijkt uit een filmdocumentaire die Jos Kruisbergen eind augustus maakte.
Als je er vanaf de kerk op neerkijkt, lijkt het niet veel soeps, die Wamelse kermis. Maar als je rondwandelt, ga je er helemaal in op. Keus zat, immers? Draaimolen, de zweef, de schiettent, de suikerspin en touwtje-trek: het is er allemaal. En dan staat daar ook een wat minder klassieke attractie: de Balco-Rotor. En vergeet ‘De Bank’ niet: een lange rij zetels die rond, heen-en-weer en omhoog en omlaag worden geslingerd. Favoriet bij de schooljeugd, zo blijkt.
De vertrouwde Hollandse Gebakkraam M.G. de Weijer, wereldberoemd in Nederland, ontbreekt niet. Uitbater Rob Maatman is een oudgediende, die zelf al sinds 1960 jaarlijks in Wamel neerstrijkt. Voor die tijd behoorden zijn schoonouders steevast tot de Wamelse spullenbazen. En als Maatman er genoeg van heeft, neemt zijn zoon de zaak over, da’s al zeker. Hoe dan ook: de familie is al een jaar of 63 vaste zomergast in het Maas en Waalse dorp.
Ook Maatman waarschuwt: de plattelandskermissen zijn in de gevarenzone terechtgekomen. “Het is een landelijk probleem”, zegt hij. In Noord-Brabant hebben verschillende gemeenten al aangegeven dat ze van hun dorpskermissen af willen. Ze zijn niet van plan om er geld bij leggen nu de belangstelling van de plaatselijke bevolking terugloopt. Maatman verzucht: “Tja, en als de mensen niet meer komen, dan valt er voor ons geen geld meer te verdienen. Dan lopen de ondernemers weg. ”Als voorbeeld noemt hij de autoscooters: “Alleen al het opbouwen kost de eigenaar 2000 euro. Vorig jaar moest hij er 500 euro bij leggen. Die komt niet meer terug.”
Maatman weet wel hoe dat komt: “Vroeger kwam het hele dorp naar de kermis, het was een uitje voor de mensen. Maar tegenwoordig kunnen ze uitstapjes maken, ze gaan naar de pretparken. Bovendien hebben ze andere interesses gekregen.”
En, voegt Johan Termohlen van de schietsalon er aan toe: “De gemeenten schroeven de pachtprijzen en andere kosten steeds verder omhoog. Op een gegeven moment houdt het op. Dan gaan de ondernemers de dorpen uit hun programma schrappen.”
De Wamelse Bertje Berkvens herinnert zich nog goed hoe het vroeger was. “Tot laat in de avond dansen”, mijmert ze, “ en dan de volgende ochtend roddelen over wie met wie was gezien… Ja, een hoop vrijgezellen raakten tijdens de kermis onder de pannen!”
Bertje behoort tot de categorie van oudere streekbewoners. En die vielen ook dit jaar weer met de neus in de boter. Dankzij bollenbakker Rob Maatman. Traditiegetrouw gaat hij met zakkenvol oliebollen naar zorgcentra in Wamel en Boven-Leeuwen en deelt ze daar gratis uit. Ook voor de Avondvierdaagse-wandelaars in Boven-Leeuwen liggen jaarlijks 2500 gratis krentenbollen klaar. De bewoners van zorgcentrum Henricus onderbreken het bingospel maar wat graag om de aanval in te zetten op het knapperige goudgele met poedersuiker bestrooide gebak.
Je hoeft het de dankbare senioren dan ook maar één keer te vragen: “De kermis moet blijven”, vinden ze unaniem. En de jongste dorpelingen zijn het daar helemaal mee eens. Zo ook hun ouders en de wat oudere jeugd: de kermis is méér dan een stel attracties op een plein waar je gezellig kunt lopen flaneren. “Kermis is ook zingen, dansen, een wijntje, een biertje…