Alle films op deze website zijn auteursrechtelijk beschermd en mogen niet worden gekopieerd. Het plaatsen van een link naar onze website is wel toegestaan.
Toen het water kwam
Door Bas van der Hoeven en Ruud Stoeten
De bijzondere kracht van de films van Jos Kruisbergen schuilt in het gewone. Etnoloog Gerard Rooijakkers verwoordt het treffend in de film ‘Toen het water kwam’: “De geschiedenis begint met het leven van gewone mensen. Van onze ouders, onze grootouders. Mensen van vlees en bloed die geen wereldschokkende gebeurtenissen hebben veroorzaakt, maar die wél hebben beleefd.”
De manier waarop Kruisbergen omgaat met ‘zijn’ Land van Maas en Waal, spreekt enorm aan. Zo wordt hij regelmatig met lovende woorden aangesproken door onderwijskrachten over de films die hij maakte rond de rivieren die het Land van Maas en Waal doorsnijden. Ze blijken vaak zeer geschikt te zijn om via het digitale schoolbord te worden vertoond.
Nu is daar dan de film ‘Toen het water kwam’. Die documentaire is de eerste van Jos Kruisbergen die specifiek is bedoeld voor het onderwijs.
Kruisbergens verhaal spreekt aan. Op duidelijke wijze wordt uitgelegd hoezeer het soms grillige rivierwater het dagelijkse leven in het Rivierenland beheerst.
Kruisbergen maakte ooit veel reportages en documentaires voor de landelijke televisie. “In die tijd vond mijn oude leermeester Gijs Stappershoef dat ik eens een film voor de scholen zou moeten maken over Maas en Waal en het water waarmee de bevolking in dat gebied is vergroeid”, zegt hij.
Dat is natuurlijk gemakkelijker gezegd dan gedaan. Maar hij realiseerde zich dat het digitale schoolbord een heel belangrijk medium is om de aandacht van de jeugd te trekken. Kruisbergen: “Kinderen kijken nauwelijks meer naar de tv. Ze hebben het veel te druk met hun mobieltjes. De verhalen die de mensen over vroeger vertellen kennen ze alleen van boeken of van de overlevering. De kinderen van vandaag kunnen zich vaak nauwelijks voorstellen hoe de mensen vroeger in het toen straatarme Maas en Waal leefden en werkten.”
De film ‘Toen het water kwam’ maakt kinderen wakker. Ze horen en zien echte mensen vertellen over een tijd die niet te vergelijken is met de jonge jaren zoals de jeugd van nu die ervaart.
Daarom is deze film een schatkist vol waardevolle verrassingen, verhalen die bewaard blijven voor toekomstige generaties, een paar bladzijden uit een levend geschiedenisboek.
Er komen veel Maas en Walers aan het woord. Ze vertellen over het water en alles wat daar mee samenhangt. Over de dreiging van overstromingen, want niks is zo sterk als wind en water. Maar ook over de zegeningen, de werkgelegenheid die de ligging aan de rivier oplevert.
De restauratie van stoomgemaal De Tuut komt in beeld. Een megaklus waar duizenden uren vrijwilligerswerk in zitten. De herbouwde schoorsteen priemt alweer twintig jaar fier naar de hemel, als symbool van de veerkracht van de Maas en Waler.
De schrijnende armoede van weleer blijkt uit de verhalen van ouders en grootouders. Mensen bij wie het water bijna altijd figuurlijk tot aan de lippen stond. Er was niks en dat moest je samen ook nog eens delen. Gezinnen met tien, twaalf kinderen waren niets bijzonders en soms waren er wel twintig. Kinderarbeid was vaak broodnodig om alle monden te kunnen voeden.
‘Toen het water kwam’ gaat over gewone mensen en hun gewone verhalen die door de voortrazende tijd bijzonder zijn geworden. Samen vertellen ze een geschiedenis, onze geschiedenis, die dankzij Tweestromenland in Beeld en Geluid springlevend blijft.
De schitterende documentaire boeit van de eerste tot de laatste minuut. Jos Kruisbergen is blij met de hulp die hij bij het maken van de documentaire kreeg van zijn vriend Geert Megens. “Bij nacht en ontij ging hij met me mee om het geluid te doen. Daar ben ik hem dankbaar voor.”