Eerste Koningsdag in Wamel (2014)

Koningsdag. Een nieuw woord dat nog niet eens in alle woordenboeken staat vermeld. Maar desondanks is het overal grootscheeps gevierd.

Neem nou Wamel, dat op zaterdag 26 april 2014 compleet oranje was gepenseeld onder leiding van een vernieuwd en verjongd Oranjecomité. Die club was letterlijk en figuurlijk uitermate goed gemutst vanwege de viering van Koning Willem-Alexanders verjaardagsfeestje.

Alles zat erop en eraan; aloude Koninginnedag-gebruiken waren van een nieuw koninklijk v erfje voorzien en het dorp genoot. Van het traditionele Wilhelmus, gevolgd door de oranje-optocht door het dorp, voorafgegaan door de plaatselijke harmonie. Met oranje ballonnen die werden losgelaten en in de richting van een heerlijk Oranjezonnetje koersten. Met natuurlijk ook weer een toespraak van burgemeester Steenkamp, een gezellige vrijmarkt en allerlei spelletjes. Wamelse pappa’s streden bijvoorbeeld om de eretitel ‘Beste Vader’ door onder meer bakstenen te tillen en plastic bekertjes vol water zo hoog mogelijk op te stapelen.

Voor de camera van Jos Kruisbergen klinkt in ouderencentrum Henricus uit het diepst van een hoogbejaard hart: “Moi, wâh…?”. En mooi was het ook binnen: de straatoptocht met alles erop en eraan trok op deze 26e april tijdens de toer door het dorp dwars door het tehuis: een ongekend succes.

Koninginnedag heet nu Koningsdag. Maar verder maakt het allemaal niet zoveel uit. “Het feest moet blijven!”, dat was de unanieme mening die onze cineast overal in het dorp peilde, onder jong en oud.

Eigenlijk was Jos Kruisbergen niet van plan om de feestelijkheden vast te leggen. Maar hij werd op z’n nummer gezet door zijn 102-jarige moeder Dina, bij wie hij ’s morgens even langs kwam.

“Wat motte gij hier bij mij”, voegde Dien haar zoon toe.  “Ga eens gouw de eerste Koningsdag filmen; da’s historisch belangrijk voor het dorp!”

En, voegde ze eraan toe: als het verzorgingstehuis ooit gesloten zal worden, dan kunnen de mensen dan nog steeds zien hoe Wamel de eerste Koningsdag vierde, met een optocht dwars door Henricus. “Jonge, jonge dat ik oe als oud mens nog mot zeggen dat ge dit mot filmen…”