Een prachtdag is het, in de winter van 2009. Een stralende zon, weinig wind, en vooral: strak ijs op het Wijchens Ven. Er wordt uitbundig van genoten door vele honderden mensen uit stad en achterland.
Er is een prachtig parcours uitgezet waarop verschillende schaatswedstrijden worden gereden. Maar ook buiten de geveegde paden is er niets dan plezier. Jos en Corry Kruisbergen togen, met camera en geluid, richting Wijchens buitengebied en lieten zich onderdompelen in de ijspret.
Medeorganisator Hans Hoogsteder van de schaatswedstrijden wordt er helemaal lyrisch van. “IJs hoort bij Nederland zoals het water. We vechten om het water laag te houden zodat we geen natte voeten krijgen. En in de winter lopen we er overheen.” Schaatsen óók, natuurlijk.
De bezoekers maken pret. Soms is schaatsen niet echt voor ze weggelegd. Maar er zijn ook nog geneugten als koek en zopie, inclusief de warme chocolademelk. Mèt slagroom uiteraard. Véél slagroom. “We gáán ervoor”, zo klinkt het ferm.
Groot en klein trekken voorbij op het natuurijs. Krabbelend, krassend, vallend en opstaand, zwierend en sleeënd. Hele gezinnen zijn erbij: vader voorop, moeder erbij, hand in hand met hun kindjes. En soms slepen ze aan een touw ook nog een slee mee waarop, goed verpakt in het dons, de allerkleinste geniet van z’n eerste winter.
Echt koud is het niet op deze mooie winterdag. Toch is Hans Hoogsteder blij dat hij een gevuld heupflesje in de zak van zijn gewatteerde jas heeft verstopt. Zo nu en dan schenkt hij een paar prikkelende drupjes in het zilveren dopje om er héél even van te nippen. Keer op keer klinkt het dan: “Heerlijk…”