Ze hebben het hem toch maar weer gelapt, de tienduizenden Vierdaagsedeelnemers. Ondanks een enorme hoosbui en een paar forse donderklappen werd de intocht van 2007 één groot feest.
Met plastic en paraplu’s werd de meest ernstige nattigheid bestreden. Alleen die voeten, die vaak pijnlijke voeten: ze stampten door diepe plassen waardoor schoenen en sokken doorweekt raakten.
Maar het gros van de wandelaars had daar maling aan. Want zoals gewoonlijk is die laatste dag de kroon op een week lang zwoegen. Vanaf Cuijk de Maas over, en dan is het tussen Mook en Nijmegen één groot feest. Wat maakt een beetje regen dan nog uit?
Neem nou alleen het laatste stukje van de laatste dag: de Sint Annastraat, de Via Gladiola. Burgerlopers, militairen, doedelzakkende Schotten en andere groepen, drummers en kopermuzikanten hebben zich op z’n mooist opgetuigd; ze belanden van de regen in een warm bad. Vanaf krakkemikkige bankstelen, wiebel- en klapstoelen wordt een niet aflatend gejuich gelanceerd in de richting van de volhouders, die in één klap alle pijn vergeten. Want hier doe je het voor. Toch?
Naarmate de Wedren nadert, groeit het feest. Middenop de kruising met de Groenestraat staat politieman Max Walg in een wel heel bijzondere uitmonstering vanaf zijn torentje het verkeer te regelen. Bijgestaan door een stel lieftallige agentes, een niveautje lager. Walg en zijn hulptroepen doen het vandaag dansend en sjansend. Het rij- en voetvolk geniet en laat zich gewillig leiden.
Dan komen de terrasjes. En de studentenwoningen, waarvan de balkons het bijkans begeven onder het gewicht van toekijkende, zingende en hossende toeschouwers. Ook in de dakgoten zitten ze, en in de vensterbanken van geopende ramen. En sommige laatkomers hebben zelfs een huishoudtrapje meegebracht om vanaf de achterste rij toch een goed overzicht te hebben. Her en der worden stappende kameraden begroet met uitbundige spandoeken en gejubel.
Jawel, “de natste intocht die ik ooit heb meegemaakt”, klinkt het voor de camera van Jos Kruisbergen. “Maar de mensen gaan niet naar huis, ze blijven staan…”
En: Eén groot gezellig feest, iedereen is aardig…”
Een uitgeblust wandelvrouwtje raakt in vuur en vlam. Met blij glanzende ogen zegt ze: “Vier dagen kapotgaan, je bent er helemaal doorheen. En dan dit…”