“De meeste mensen hebben een huishouding. Mijn gezin vind je hier, op dit complex.” Jan Lamers is zo trots als een pauw op de pupillen van de Wamelse voetbalvereniging Unitas ’28. Hij is er jeugdtrainer en -coördinator. Al veertig jaar. Daarnaast treedt hij op als manusje-van-alles. ‘Zijn’ jeugd weet dat te waarderen. “Jan Lamers is tóp”, zo klinkt het luid door de gangen van het clubhuis.
Cineast Jos Kruisbergen volgde jubilaris Jan Lamers in z’n doen en laten. Voor de camera vertelt de jubilaris van alles over zijn werk en zijn club. En over de tijden die veranderen. “Vroeger moest je overal de deuren langs om je boodschap kwijt te raken. Toen had je nog geen telefoon en geen internet.”  Nu wel, en dat brengt met zich mee dat het contact met de achterban minder persoonlijk is. “Maar het is allemaal wel veel gemakkelijker geworden.”

Jan denkt soms dat het misschien wel eens tijd wordt om naar een opvolger te zoeken. “Maar dat zal niet meevallen”, denkt hij. “Dat soort mensen moet je met een kaarsje zoeken.”

Wat hem betreft kan het nog wel even. Al fluit hij al lang niet meer zowat elke jeugdwedstrijd. “De benen zijn niet meer de sterkste onderdelen van mijn lichaam”, verzucht hij. “Maar scheidsrechter zijn van de E’tjes en de F’jes op een half veld, dat kan ik nog wel bijbenen. Dat gaat dan vooral op routine.” En ook de velden keuren gaat nog prima: met één oogopslag ziet hij of er wel of niet kan worden gespeeld. Of misschien een béétje. “Ik zeg altijd: Als het half kan moet je héél voetballen…”

Jos Kruisbergen haalt ook nog even scheidsrechter Cees van Ooijen voor de camera. Die trad 35 jaar geleden bij Unitas aan als jeugdlid. “Jan was toen al trainer en leider. Nog steeds houdt hij de jeugd bij elkaar; vormt de goede en de minder goede spelers tot een héél goed team.”

Het is al gezegd: de jeugd loopt weg met Jan Lamers. “Hij regelt alles en is altijd aanwezig”, zegt Calvin. Mitchell voegt eraan toe: “Een goeie leider. Hij staat altijd klaar om de bal op te pompen.”

Tussen de bedrijven door laat Jos Kruisbergen prachtige opnamen zien van een in het duister gehulde avondtraining, hij stelt de allerjongste spelertjes voor: de ‘kabouters’.

En dan ineens is daar die plechtigheid: op 2 november 2012. Burgemeester Thomas Steenkamp is er ook bij. Hij onthult dat Jan Lamers vanwege zijn veertigjarige inzet voor Unitas door de koningin is benoemd tot Lid in de Orde van Oranje-Nassau. “Heel bijzonder”, noemt Steenkamp Lamers’ inzet. “Veertig jaar, da’s geen sinecure.”

Unitasvoorzitter Arno van Kruijsbergen vindt het terecht dat Jan een lintje heeft gekregen: “Op dit soort mensen draait het verenigingsleven. Vooral in de dorpen, daar vind je nog mensen die zich hun leven lang inzetten voor het verenigingsleven.”

En Jan Lamers zelf? Hij ziet de onderscheiding als een compliment en een bewijs van waardering. Voor de rest verandert er niks, zegt hij: “De jeugd is alles voor mij. En dat houd ik zo tot de dood ons scheidt!”