‘Alleen als de wereld vergaat, ben ik niet op de Leste Mert’ (2016)

Alle films op deze website zijn auteursrechtelijk beschermd en mogen niet worden gekopieerd. Het plaatsen van een link naar onze website is wel toegestaan.

De Leste Mert in Druten elk jaar hetzelfde? Vergeet het maar. Deze laatste regionale vee- en jaarmarkt in het Land van Maas en Waal is een feest dat zijn weerga niet kent; wellicht juist omdat er weinig verandert. De Leste Mert is niet voor niets een traditie die al bijna 200 jaar stand heeft gehouden, en waarschijnlijk een nog veel langere historie heeft.

Filmkunstenaar Jos Kruisbergen bekeek onlangs de markt weer eens door de lens van zijn camera, om ‘voor de eeuwigheid’ vast te leggen wat er op die derde november anno 2016 zoal gebeurde. Het werd een leuke filmreportage met af en toe een knipoog over een kostelijk volksfeest; een manifestatie die méér is dan 300 kraampjes met koopwaar, een kermis en wat beesten aan een touwtje. Heel veel vaste bezoekers lopen er rond. Zoals George Lowiessen van de Klompenclub. “De wereld moet zo ongeveer vergaan, wil ik er niet bij zijn”, zegt hij voor de camera.

Die klompenclub is er overigens nog maar een goed jaartje. Officieel is het een ‘sociëteit ter bevordering van het originele Leste Mertschoeisel in Maas en Waal’. ’t Is maar dat u het weet. Vermakelijk om te zien hoe de leden klotsend door de Drutense straten stampen, met een blond biertje in de hand.

“De mooiste dag van het jaar voor héél Maas en Waal”, knikt Willie Lamers van De Gouden Leeuw vanachter de tap van zijn eeuwenoude etablissement. Uiterlijk zonder al teveel emoties laat hij weten dat hij van plan is om er als kastelein mee te stoppen. Dit is dus zijn laatste Leste Mert als kroegbaas. Maar het café, dat net zo roemrucht is als de Leste Mert, blijft bestaan. De exploitatie wordt overgenomen door ‘Vrienden’, een stel Drutense middenstanders.

Lamers is in elk geval opgetogen over het jaarfeest dat zich rondom en vooral ook in zijn kroeg afspeelt. Hij wijst op de roemruchte historie: de Leste Mert is uitgegroeid tot een soort van reünie voor Druten en de wijde omgeving. Vanouds wordt er op die dag vrijwel alleen erwtensoep gegeten. Die kun je namelijk van tevoren klaarmaken zodat er tijdens het feest niet hoeft te worden gekookt; opwarmen is genoeg.

Vroeger was de Leste Mert vooral een paardenmarkt. Paarden zijn er nog steeds te vinden, maar ook koeien en een massa kleinvee. De handel in dat beestenspul mag eigenlijk geen naam meer hebben: het staat er vooral voor de sier en vanwege de nostalgische gedachten die het oproept.

Leste Mert-voorzitter Martien Pardoel is temidden van pak ‘m beet een kleine 20.000 bezoekers op weg naar een stevige bak erwtensoep. Snert, dat is een Leste Mert-traditie waaraan nooit zal worden getornd, verzekert hij. Als je het goedje alleen al bekijkt, loopt het water je in de mond: dik en gevuld met verse prei en andere groenwaren en worst en stukken mals varkensvlees.

En dan loopt er iemand rond die zich Boer Koekoek noemt, Boer Koekoek uit Maasbommel. De man vertelt dat hij met zijn koe de hele weg naar Druten heeft moeten lopen. “De chauffeur van de belbus wou ‘m niet meenemen…”